Ter ere van het 100ste geboortejaar van Lucebert (1924 – 1994), organiseert Fotomuseum Den Haag een intieme tentoonstelling waarin de fotografie van deze veelzijdige kunstenaar wordt belicht. Bij de naam Lucebert zullen de meeste mensen denken aan de schilder of de dichter. Minder bekend is zijn fotografie, die hij voornamelijk maakte vanaf de vroege jaren vijftig tot eind jaren zestig. Anders dan veel fotografen uit zijn tijd die fotografie gebruikten om een weergave van de werkelijkheid te geven, gebruikte Lucebert het medium juist op een geheel ongebonden en intuïtieve manier. Het levert een uniek oeuvre op, vol met poëtische beelden. In de tentoonstelling zijn circa vijftig vintage prints te zien uit het familie-archief van Lucebert en de museumcollectie.
Avant-garde
Lucebert maakte deel uit van een generatie kunstenaars die begin jaren vijftig wilde afrekenen met het oude en die zocht naar nieuwe kunstuitingen in zowel literaire als beeldende vorm. Als dichter legde hij contact met Experimentele Groep in Holland, een kunstgroep waarvan een aantal leden zoals Karel Appel, Constant Nieuwenhuijs en Corneille later de Nederlandse tak van Cobra zou vormen, de avant-gardebeweging waaraan Lucebert kort als schilder was verbonden. Lucebert herkende bij de Cobraleden de zoektocht naar onbelemmerde creativiteit en manieren om artistieke en poëtische conventies te doorbreken. Het bekendst werd Lucebert echter als ‘keizer’ van de baanbrekende literaire groep de Vijftigers, waar onder anderen Remco Campert, Hugo Claus, Rudy Kousbroek en Simon Vinkenoog tot behoorden.
Fotografie
In dezelfde periode schafte Lucebert een camera aan om met name zijn kinderen te fotograferen. Hij werd gegrepen door het medium en ging er volop mee aan de slag. Fotografie was voor Lucebert een intuïtieve bezigheid; als autodidact voelde hij zich niet gebonden door fotografische conventies. Daarbij ging het hem niet om de weergave van de werkelijkheid, maar om het vastleggen van een bepaalde ontastbare sfeer. De mens staat steeds centraal: zijn directe naasten werden vaak geportretteerd zoals familie en vrienden, veelal in zijn woonplaats Bergen in zijn atelier op het Boendemakerhof. Al snel echter verruimde hij zijn fotografische blik en werden er straatscènes vastgelegd. Ook tijdens reizen naar het buitenland vergezelde de camera hem. Niet altijd zonder risico: toen hij op uitnodiging van de befaamde schrijver Bertolt Brecht in de winter van 1955-1956 in Berlijn was, werd hij door de Oost-Duitse beveiligingsdienst opgepakt vanwege verdenking van spionage omdat hij aan het fotograferen was. Ook in Bulgarije belandde hij vanwege zijn camera in de cel.
De periode waarin Lucebert fanatiek fotografeerde is kort, omdat hij fotograferen als enorm inspannend en uitputtend ervoer en omdat hij zichzelf uiteindelijk meer als schilder en dichter zag. Toch heeft zijn onconventionele aanpak een fotografisch oeuvre achtergelaten dat op zichzelf staat, vol poëtische en evocatieve beelden.